Zero Emissie Stadsdistributie (ZES)

Wat is het probleem/ uitdaging?

De Vlaamse overheid wil graag inzetten op het emissievrij maken van de stadsdistributie in de centrumsteden. Hiervoor is echter nood aan diepgaandere inzichten alsook draagvlak, vanuit het bredere stakeholderveld, om te komen tot een afsprakenkader Zero Emissie Stadsdistributie (ZES). 

Hoe hebben we dit aangepakt?

De opdracht was tweeledig. In het eerste luik werd een voorbereidende studie omtrent emissievrije stadsdistributie uitgevoerd. Hierbij lag de focus op analyses en toekomstperspectieven (bepalen ambitieniveau). Daarnaast werd op basis hiervan een aanzet gemaakt voor een Vlaamse kaderovereenkomst en werden er mogelijke pilootprojecten gedefinieerd. Het tweede luik zette in op het ondersteunen bij de uitwerking van de kaderovereenkomst door een multistakeholdertraject te doorlopen. In dit traject zijn sectororganisaties, overheid en andere partners met elkaar in gesprek gegaan om vanuit ieders belangen te komen tot een afsprakenstelsel. Door een unieke aanpak binnen dit multistakeholdertraject, waarin hoogintensief overleg werd gepleegd, is een succesvol proces ontstaan wat heeft geresulteerd in een door alle stakeholders gedragen afsprakenstelsel en implementatieroadmap.  

Wat is het resultaat/ conclusie?

De diepgaande studie uit het eerste luik dient als basis om het ambitieniveau te bepalen voor de komende jaren. Het tweede luik zorgt voor een gedragen kaderovereenkomst met de sector. 

Binnen het eerste luik namen wij met The New Drive voornamelijk het studiewerk omtrent TCO (total cost of ownership) op. Binnen het tweede luik zijn we projectleider en tekenden we het gehele traject uit. Daarnaast begeleiden we ook diverse werkgroepen, stuurgroep en task force. 

Wat was de uitdaging?

Interventievoertuigen van de politie zullen richting de nabije toekomst allemaal vervangen worden door elektrische alternatieven. Deze transitie brengt heel wat uitdagingen en vraagstukken met zich mee. Eén van de grote uitdagingen is de laadinfrastructuur. Elektrische interventievoertuigen zullen overwegend op de lokale politiepost worden opgeladen waardoor er bijgevolg nood is aan een gefaseerde uitrol van laadinfrastructuur. In het kader van deze uitrol werd door politiezone Balen-Dessel-Mol de vraag gesteld om te onderzoeken of de huidige technische installatie op de drie lokale posten (hoofdpost Mol, post Balen en post Dessel) toereikend is om deze uitrol in de toekomst te faciliteren.

Hoe hebben we dit aangepakt?

Er werd voor deze uitdaging een aanpak bestaande uit drie fases toegepast:

  1. Studie van de elektrische installatie: bepalen van het beschikbare elektrisch vermogen o.b.v. plaatsbezoek, plannen, dossiers en data-analyse op basis van verzamelde verbruiksdata van Fluvius.
  2. Studie van de laadvraag: bepalen van de behoefte aan laadpalen en het bijhorende vermogen op basis van het vervangingsplan van de vloot en het verplaatsingsgedrag van de verschillende wagencategorieën.
  3. Analyse van de haalbaarheid van de installatie van de laadinfrastructuur op de drie politieposten. Hierbij werd een combinatie gemaakt van de resultaten uit de eerste twee stappen, om te bepalen of het beschikbare vermogen toereikend is om aan de volledige laadvraag te voldoen.

Wat is het resultaat?

Met deze studie heeft The New Drive kunnen aantonen dat installatie van laadinfrastructuur voor de interventievoertuigen en wijkvoertuigen mogelijk is op basis van de huidige elektrische installaties, voor politiecombi’s is dit minder eenvoudig gezien het hoge verbruik van de voertuigen, en dus het hogere benodigde vermogen. Smart charging zal richting de toekomst zeer belangrijk worden om de vermogensvraag te sturen.

Wat was de uitdaging?

Dierengezondheidszorg Vlaanderen (DGZ), Melkcontrolecentrum Vlaanderen (MCC) en Vivee maakten kennis met The New Drive tijdens een evenement georganiseerd in samenwerking met Acerta. Ze vroegen om concrete ondersteuning bij hun transitie naar een elektrisch wagenpark. DGZ-MCC-VIVEE beschikt over ongeveer 60 personenwagens voor hun werknemers, die werkzaam zijn in één van hun twee vestigingen (Torhout of Lier). Juridisch gezien bestaat de organisatiegroep DGZ-MCC-VIVEE uit twee vzw’s en een coöperatieve vennootschap wat gevolgen heeft voor de fiscale behandeling van de bedrijfswagens van de respectievelijke entiteiten.

Vanuit The New Drive presenteerden we met veel plezier onze diensten aan DGZ-MCC-VIVEE, omdat we weten dat de overgang naar elektrisch vervoer heel wat vragen en aandachtspunten met zich meebrengt. Dit behoort echter tot onze expertise, waardoor we DGZ-MCC-VIVEE zoveel mogelijk konden ontzorgen.

Hoe hebben we dit aangepakt?

Allereerst hebben we de bestaande vloot en het bijhorende beleid van DGZ-MCC-VIVEE geanalyseerd. Op basis hiervan bepaalden we samen met de klant welke voertuigmodellen als referentie zouden kunnen dienen om elektrische varianten mee te vergelijken op basis van hun Total Cost of Ownership (TCO). Eens deze modellen vastlagen, gingen we met concrete lease-offertes aan de slag om na te gaan in welke mate elektrische voertuigen het fleetbudget van DGZ-MCC-VIVEE zouden beïnvloeden.

Parallel aan de TCO-oefening herschreven we samen met Acerta de car policy van DGZ-MCC-VIVEE, opdat deze volledig afgestemd zou zijn met de introductie van elektrische bedrijfswagens en alle bijhorende aspecten.

Op basis van de strategie voor vlootvergroening onderzochten we de mogelijkheden en behoeften voor laadinfrastructuur op de verschillende bedrijfssites en bij de werknemers thuis. Gebaseerd op een prognose van de laadbehoefte stelde The New Drive een Request for Proposal  (RfP) op om een geschikte laaddienstverlener (CPO) te selecteren.

Wat is het resultaat?

Al snel bleek dat er veel elektrische alternatieven waren die budgettair interessanter waren dan conventionele modellen met een verbrandingsmotor.

Op basis van de ontvangen offertes in kader van de RfP voor laadinfrastructuur hebben wij een beoordeling opgemaakt en DGZ-MCC-VIVEE geadviseerd bij de keuze van een geschikte partner.

Wat was de uitdaging?

De uitrol van publieke laadinfrastructuur op het openbare domein zal vanaf 1 september 2022 door de Vlaamse overheid georganiseerd worden door middel van een concessie-opdracht. De Vlaamse Regering duidde laadpaaloperatoren aan die de komende twee jaar deze uitrol zullen verzorgen in de deelnemende Vlaamse steden en gemeenten. De steden Antwerpen, Gent en Oostende hebben er vorig jaar voor gekozen om zelf in te staan voor de publieke laadpalen op hun grondgebied.

Voor de publiek toegankelijke laadinfrastructuur wordt gemikt op 30.000 extra laadequivalenten (CPE) tegen 2025. De snelheid van de uitrol wordt zo goed mogelijk afgestemd op het actuele aantal elektrische voertuigen. Er zal daarbij een combinatie gemaakt worden van normale en (ultra)snelladers. De klemtoon ligt op een vraag- en datagestuurde uitrol zonder subsidies (Paal volgt wagen en Paal volgt paal), die waar nodig wordt aangevuld met een strategische plaatsing.

Voor de plaatsingsprocedure en uitrol heeft het Departement Mobiliteit en Openbare Werken ondersteuning gevraagd.

Hoe helpen we concreet?

Deze opdracht omvat met name:

  1. Voorbereiding van de opdracht
    • Bepalen van aanbestedingsstrategie en -procedure
    • Ontwikkelen en afstemmen lokaal beleid
    • Opmaken aanbestedingsdocumenten
  2. Gunning van de opdracht
    • Ondersteuning tijdens plaatsing (Q&A’s en toelichting)
    • Beoordeling en gunning van de leveranciers
  3. Opvolging en begeleiding van de opdracht
    • Faciliterende rol bij de uitrol
    • Controle voorwaarden
    • Paal volgt Wagen
    • Data-analyse en -monitoring Paal volgt Paal
    • Gids & Infosessies lokale overheden
    • Voorstellen voor kortere doorlooptijden
    • Ontsluiting rapportering

Wat was de uitdaging?

Goodman is een wereldwijde vastgoedgroep gespecialiseerd in het ontwikkelen van logistieke centra gelegen op strategische locaties in of dicht bij stedelijke gebieden. Hun klantenbestand omvat wereldwijde logistieke en supply chain-bedrijven, detailhandel en e-commercebedrijven Gezien de verwachte evolutie naar elektrisch rijden voor zowel bedrijfswagens, als lichte en zware vrachtvoertuigen wenste Goodman in het kader van een uitbreiding van haar dienstverlening aan haar klanten de business case voor het uitbouwen van laadinfrastructuur voor haar sites te onderzoeken aan de hand van een concrete pilootcase voor een logistieke site in Vlaanderen.

Hoe hebben we dit aangepakt?

Voor deze haalbaarheidsstudie werd naast jarenlange expertise op het gebied van eMobility gebruik gemaakt van ChargePlanner van onze partner RetailSonar, marktleider in data-analyse en geomarketing. Het voorgestelde stappenplan bestand uit drie hoofdfasen die gepaard gingen met een reeks diepteanalyses en interactieve workshops met de opdrachtgever:

  1. Definiëren van de laadstrategie in functie van algemene marktinzichten en de specifieke locatiegebonden inzichten
  2. Bepalen van het laadpotentieel van de locatie voor laden op de site voor zowel personenwagens, lichte en zware vrachtvoertuigen: zowel door de klant van de site zelf als door andere potentiële externe klanten
  3. Opmaken van de business case in functie van de te verwachte kosten en opbrengsten

Wat is het resultaat?

De business case werd uitgewerkt aan de hand van 3 mogelijke scenario’s op het vlak van laadinfrastructuur voor zowel personenwagens, lichte- en zware vrachtwagens. De benodigde investerings- en beheerskosten en verwachte opbrengsten werden bepaald voor de 3 scenario’s in functie van het laadpotentieel van de site en de verwachte evolutie op het vlak van elektrische voertuigen en hun gebruik op de Belgische markt en de locatie specifieke kenmerken van de site. Daarbij werden duidelijke aanbevelingen geformuleerd op het vlak van benodigde laadinfrastructuur op korte- en middellange termijn. Goodman beschikt hiermee over goede inzichten in het potentieel van laadinfrastructuur op hun logistieke sites in het algemeen en de pilootcase in het bijzonder.

Wat is het probleem/de uitdaging?

Kuraray is een wereldspeler in de chemische industrie, bekend van de productie van het synthetische polymeer EVOH onder de merknaam EVAL. Onder impuls van de wijzigende fiscaliteit en met de ambitie om in een sterke concurrentiële sector aantrekkelijke wagen- en mobiliteitsoplossingen te kunnen blijven aanbieden aan medewerkers (van de hoofdzetel in Zwijndrecht), werd The New Drive om advies en ondersteuning gevraagd.

Hoe hebben we dit aangepakt?

Vanuit een analyse van de huidige vloot werden beschikbare elektrische en plug-in hybride varianten op de markt gezocht waarvoor – aan de hand van de The New Drive TCO Fleet Tool – een totale kostenberekening werd gemaakt, rekening houdend met onder meer de wijzigende parameters op vlak van fiscaliteit.

De TCO-analyse leidde tot het vastleggen van nieuwe wagen- en mobiliteitsbudgetten die werden vertaald in een nieuwe Green Car Policy. Naar aanleiding van de gewijzigde fiscale regels in 2023 (onder meer voor plug-in hybrides en op vlak van de berekening van de CO2-bijdrage) werd een nieuwe budgetberekening opgemaakt.

Wat is het resultaat/de conclusie?

De wagenbudgetten en car policy van Kuraray / EVAL Europe werden aangepast waarbij voluit de kaart van de elektrische toekomst werd getrokken.

Wat was de aanleiding?

Het aanbod aan elektrische voertuigen kende de afgelopen jaren een enorme toename. De sector is meer en meer aan het evolueren van verbrandings- naar elektromotoren. Het prijskaartje is voor velen de voornaamste reden om naar een elektrisch voertuig over te stappen of niet. De kost van een voertuig bestaat echter uit meer dan alleen de voertuigprijs. Om hun inwoners een objectief beeld te geven van de totale kost van een voertuig wilden zowel het Brusselse- als Vlaamse Gewest een tool aanbieden waarmee de ‘Total Cost of Ownership’ (TCO) van personenwagens en lichte vrachtwagens berekend en vergeleken kan worden.

Hoe werkt de tool?

The New Drive heeft voor beide gewesten een online vergelijkingstool ontwikkeld waarbij de gebruiker een indicatieve TCO berekening van verschillende voertuigen kan maken die gebaseerd is op zijn/haar persoonlijke situatie. Deze tools maken het mogelijk om de TCO van een elektrisch voertuig te vergelijken met een brandstofvoertuig of een ander elektrisch voertuig. De tool voor het Brussels Gewest maakt het daarnaast ook mogelijk om de kosten te vergelijken met deze van een deelvoertuig of tweedehands elektrisch voertuig.

Om een TCO-berekening te bekomen, dien je eerst enkele kenmerken omtrent je persoonlijke situatie en voertuiggebruik te definiëren waarna je de twee voertuigen voor de vergelijking kan selecteren. Hierna krijg je een overzicht van de TCO van beide voertuigen en de verschillende kostcomponenten die deze totale kost vormen. De tool kan gebruikt worden door verschillende doelgroepen en geeft voor iedere doelgroep ook de correcte en relevante berekening.

Figuur 1 TCO-tool Brussel

Figuur 2 TCO tool Vlaanderen

Wat is het voordeel van een TCO-tool?

Een TCO-tool heeft als voordeel dat de gebruikers op een makkelijke en overzichtelijke manier een zicht krijgen op de totale kost van een voertuig. Er wordt hierbij niet enkel gekeken naar de catalogusprijs van het voertuig maar naar alle kostencomponenten. Zo kan een elektrisch voertuig duurder zijn in aankoop, maar op zijn volledige levensduur wel een pak goedkoper zijn dan een brandstof alternatief. Een belangrijk inzicht naar onze mening. Mensen krijgen zo de kans om volledig geïnformeerd hun keuze te maken.

Wat was de uitdaging?

De stad Beringen zit in het midden van de transitie naar een elektrische mobiliteit. Steeds meer inwoners en bedrijven komen in het bezit van plug in hybride voertuigen PHEVs of volledig elektrisch voertuigen BEVs. Laadinfrastructuur, gaande van private laadpunten op opritten en bij bedrijven tot semi publieke en publieke laadinfrastructuur op en langs het publiek domein, kan dan ook niet ontbreken binnen deze transitie. De Vlaamse overheid neemt hier momenteel grote stappen in door de lancering van de nieuwe concessie voor laadinfrastructuur op publiek domein, via het Departement Mobiliteit en Openbare Werken (MOW). Hoewel de Vlaamse overheid hierin het voortouw neemt, wordt er voor verschillende aspecten gekeken naar de individuele wegbeheerders. Zo zijn er enkele taken en rollen die bij de steden en gemeenten liggen. Om de grootschalige uitrol van laadinfrastructuur in goede banen te leiden is dan ook een strategisch, duurzaam en gedragen visie nodig.

Hoe hebben we dit aangepakt?

Voor de opmaak van de beleidsvisie heeft The New Drive een aanpak uitgewerkt die focust op betrokkenheid en participatie van belangrijke stakeholders in het kader van laadinfrastructuur. Op basis van verschillende bijeenkomsten en een thematische workshop werden de grootste uitdagingen geïdentificeerd en werden strategische keuzes gemaakt over de toekomst van het beleid rond laadinfrastructuur. Dit werd door The New Drive samengebracht tot een visiedocument.

Wat is het resultaat?

Op basis van het volledige proces heeft The New Drive een beleidsvisie opgeleverd aan de stad Beringen. Hierin behandelen we de huidige situatie, een doorkijk naar de toekomst, de belangrijkste krijtlijnen en speerpunten van de visie, acht inhoudelijke visie-onderdelen, een voorstel voor het interne procesverloop in het kader van de Vlaamse concessie en tot slot een praktijkgericht actieplan. Deze visie werd integraal goedgekeurd door het College van Burgemeester en Schepenen

Wat was de uitdaging?

Door een groeiende vraag naar (snel)laadinfrastructuur, ontstaan er kansen voor parkingeigenaars om hier op in te spelen. Hierdoor stond Alternative Green voor de keuze om te investeren in laadinfrastructuur op vele parkeerlocaties. Maar waar is dit interessant? En kiezen we dan best voor normale, snel-, of ultrasnellaadinfrastructuur?

Hoe hebben we dit aangepakt?

Om in kaart te brengen welke keuzes Alternative Green best maakt, werden 5 stappen gezet:

  1. Analyse van het huidige oplaadpotentieel: Op basis van retail data, data in verband met bevolkingsdichtheid, verkeersstromen  … werd bepaald welk potentieel de locatie heeft.
  2. Aannames voor de prognose van toekomstig laadpotentieel: hier werd gekeken welke aannames nodig zijn om een analyse te kunnen maken van het toekomstige laadpotentieel
  3.  Analyse van prognose van toekomstig laadpotentieel: op basis van de aannames werd effectief geanalyseerd wat het toekomstige laadpotentieel gaat zijn
  4. Prijs benchmarking: Hier werd gekeken naar investeringskosten, de prijzen die gevraagd worden in de markt voor oplaadfaciliteiten en dergelijke meer.
  5. Opmaak business case/financieel plan: op basis van de prognoses en de prijsbenchmarking, werd een business case opgebouwd waar de baten van het voorzien van laadinfrastructuur opwegen tegen de kosten ervan.

Wat is het resultaat?

Na het doorlopen van deze 5 stappen, was Alternative Green in staat om een gefundeerde investeringsbeslissing te maken voor deze locatie. Daarnaast kan Alternative Green dit verder doortrekken naar andere locaties waar toekomstige investeringen mogelijk zijn.

Daarnaast is de Alternative Green ook zeer tevreden met de oplevering. Zelf zegt Arthur Van Marcke van Alternative Green hier het volgende over: “We zijn zeer tevreden van de manier waarop The New Drive deze business case met ons heeft opgebouwd en de datagestuurde wijze waarop dit via Chargeplanner gebeurde.  We waren volledig nieuw in de business van snelladers en waren oorspronkelijk zelf van totaal andere aannames uitgegaan.  Het deskundige advies van The New Drive heeft ons tot nieuwe inzichten geleid die bepalend waren in de opzet van de investering.  Ook voor de uitbouw van onze andere sites wensen we verder gebruik te maken van (de onderbouwing van) ChangePlanner.”

Wat was de uitdaging?

Het Brussels Hoofdstedelijk Gewest (BHG) heeft als doel om in 2050 klimaatneutraal te zijn en om de luchtkwaliteit sterk te verbeteren. Op die manier moet de stad terug leefbaar worden. Om dit te realiseren, heeft de regering ambitieuze doelstellingen om de klassieke brandstoffen uit te faseren en in te zetten op de transitie naar zero-emissie mobiliteit in het Brussels Gewest.

Hoe hebben we dit aangepakt?

Om deze transitie waar te maken, was er nood aan een duidelijke roadmap: welke weg moet er afgelegd worden en hoe gaan we dat doen? The New Drive werkte een roadmap uit, samen met betrokken actoren en stakeholders. Deze roadmap start met een LEZ-kalender (lage emissiezone), welke bepaalt welke voertuigen toegelaten worden in de zone, met een afschakelplan tot 2035. Deze kalender is louter de start, waarna de roadmap doorpakt op vele innovatieve en bewezen beleidsmaatregelen om dit om te gaan zetten naar de praktijk. De roadmap is gebaseerd op impactstudies en bevat beleidsdoelstellingen en -strategieën en algemene, doelgroepgerichte alsook transversale maatregelen. Met andere woorden: de roadmap omvat een geheel transitietraject dat BHG in staat stelt om een grote impact te realiseren in de straat.

De stakeholders werden betrokken via sessies per doelgroep, zoals de taxisector, stadslogistiek of semi-publieke terreineigenaren. Hier werd gekeken welke hindernissen, maar ook vooral welke opportuniteiten er ontstaan voor de specifieke groep wanneer de nieuwe regels in voege treden. Deze debatten gaven interessante inzichten, die werden gebundeld in de Roadmap. Hierbij namen wij niet enkel de pen in handen om de inzichten uit te schrijven, maar werden ook sessies georganiseerd, kaders opgemaakt rond governance, monitoring en partnerschap, analyses en selecties van beleidsmaatregelen en dergelijke meer.

Wat is het resultaat?

Het resultaat van deze opdracht is hét plan om tegen 2035 het Brussels Hoofdstedelijk Gewest terug om te vormen naar een leefbare omgeving met minder geluidshinder, minder uitstoot en een toekomstbestendiger energienet. Daardoor krijgen alle stakeholders én burgers meer betaalbare oplossingen aangeboden om deze transitie waar te maken. België wordt op die manier dus een beetje schoner.

Daarnaast fungeert deze opgemaakte Roadmap als basis om op terug te vallen voor alle verdere stappen die in dit kader gezet worden. Wij zijn dan ook uitermate fier dat wij hier mee aan mochten werken.

The New Drive krijgt op regelmatige basis de kans op gastcolleges, masterclasses en dergelijke meer te geven aan diverse hogescholen en universiteiten. Hieronder lijsten we deze graag op.

OnderwerpOrganisatieDoelpubliekJaar
Mobiliteit van de toekomst: organiseren van een vak rond diverse mobiliteitsthema’s in transitie, doorkijk naar de toekomst en voorbereiding op toekomstige uitdagingenUniversiteit HasseltMaster Mobiliteitswetenschappen2024
Deelmobiliteit in Vlaanderen: beleidscontext, theoretische kaders, praktische toepassingen en inzichtenHogeschool van AmsterdamMobiliteit en stedenbouw2023 – …
Megatrends in de mobiliteitssector: wereldwijde evoluties, Belgische beleidscontext en uitdagingen bij ondernemen in het publiek domeinAutomotive Management School Mobia – Educam (professionals uit autosector)2022 – …
Challenges in e-mobililtyUniversiteit HasseltMaster Handelsingenieur – Technological Innovations2022
2021
Mobiliteitsopdrachten binnen The New Drive met een logistieke kantThomas Moore Hogeschool MechelenBachelor Bedrijfsmanagement2022
2021
– De vervoerregio’s: hoe ziet de beleidscontext eruit? Hoe is de organisatie vormgegeven? Wat gebeurt er in de praktijk? Welke rollen spelen mobiliteitsmensen hierin?
Deelmobiliteit en Mobility as a Service (MaaS): ecosysteem, verschillende gebruiksmogelijkheden en de tools die beleidsmakers hebben om te sturen op aanbod
Universiteit Hasselt (IMOB)Master Verkeerskunde2019 – …
Elektrisch vervoerBreda University of Applied SciencesBachelor Verkeerskunde2020
2019
2018
De Nederlandse aanpak omtrent elektrisch vervoerdiverse scholen in Mexico, Colombia, Hong Kong, San Francisco en Los Angeles

In opdracht van de Vlaamse overheid en De Lijn voert The New Drive in samenwerking met Roland Berger en Ricardo momenteel een strategische studie uit naar gedeeld, autonoom rijden. Deze studie onderzoekt hoe de overheid kan garanderen dat de potentiële maatschappelijke voordelen van gedeeld autonoom rijden (met name robotaxi en roboshuttle) op de weg in Vlaanderen gerealiseerd worden en de mogelijke negatieve ongewenste effecten van privaat autonoom vervoer worden gemitigeerd.

Dit onderzoek wordt verder uitgesplitst in 3 subvragen.

  1. Welke potentiële scenario’s in privaat vs gedeeld autonoom vervoer zullen zich manifesteren op verschillende locaties in Vlaanderen zonder overheidsinterventie. Welke bijhorende tijdslijnen (tot 2040) zijn hieraan gekoppeld?
  2. Wat is de rol van de overheid in dit verhaal, en hoe kunnen de potentiële maatschappelijke voordelen van gedeeld autonoom rijden voor personenvervoer gemaximaliseerd worden?
  3. Hoe kan de overheid zich het best voorbereiden op deze rol? Welke grote stappen en bijhorende middelen  dienen hiertoe op welk moment gepland te worden om tijdig de nodige leereffecten te genereren en de juiste functie of rol te kunnen innemen?

In dit kader wordt een actieplan/roadmap opgezet met timing (tot 2040), die de volgende aspecten oplijst die hiertoe nodig zullen zijn: budget, iniatieven/taken, toekennen aan actoren, opzet van eventuele nieuwe werkingsstructuren of opzet van samenwerkingsverbanden tussen verschillende overheidsorganisaties.

Het Brussels Hoofdstedelijk Gewest wilde tegen 2035 11.000 elektrische laadpalen installeren op het openbaar domein via concessies aan gespecialiseerde leveranciers. De eerste fase gebeurde via de publicatie in september 2021 van een lastenboek van Sibelga met het oog op de concessie van 200 elektrische laadpalen die beschouwd kunnen worden als Proof of Concept (PoC). Daarna zouden verschillende bijkomende lastenboeken gepubliceerd worden in 2022 en 2023 met het oog op de verdere uitrol van elektrische laadpalen.

Het Brussels gewest wenste te beschikken over een platform waarmee deze publieke laadpalen en laadpalen in private en semi-openbare ruimte (bv. openbare parkeergarages, supermarktparkings, etc) beheerd konden worden net zoals de gegevens die op deze laadpalen betrekking hebben. De verwachtingen inzake databeheer en beheer van laadpalen en monitoring op afstand werden gedefinieerd door de opdrachtgever in het document: Brussel Hoofdstad – visie op de uitrol van een oplaadstructuur voor elektrische voertuigen.

The New Drive heeft bij de uitvoering van deze opdracht de volgende leverbaarheden uitgevoerd:

  1. Vergelijking van beste praktijken en innovatie oplossingen in binnen- en buitenland op het vlak van platformen van gegevensbeheer en van laadpalenbeheer;
  2. Wijzigings- of optimalisatievoorstellen in het lastenboek van Sibelga betreffende de concessie van 200 laadpalen;
  3. Organiseren van workshops met Sibelga, Leefmilieu Brussel, Brussel Mobiliteit en het CIBG om gezamenlijk de functionaliteiten te bepalen van het toekomstig beheersplatform voor gegevens en laadpalen;
  4. Functionele vereisten opstellen gericht het opzetten, configureren en onderhouden van een platform van laadpalen- en gegevensbeheer.

Agentschap Brussel Net (ABN) beheert een wagenpark in opdracht van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest om een groot aantal openbare taken op het vlak van duurzaam afvalbeheer uit te voeren. Het wagenpark is gediversifieerd en telt meer dan 800 voertuigen. Het gaat onder meer om personenauto’s, bestelwagens, vuilniswagens, veegmachines en vuilniswagens.

In het kader van deze studie heeft The New Drive onderzocht hoe het wagenpark de komende jaren duurzamer kan worden gemaakt. In samenwerking met Agentschap Brussel Net en op basis van de vlootgegevens werd een grondige studie verricht naar de mogelijkheden om de vloot te elektrificeren. Het resultaat van deze studie is :

  1. Een overzicht van de huidige en toekomstige toegang van de huidige vloot van voertuigen in de LEZ gebied van het Brussels Gewest.
  2. Een overzicht van de mogelijkheden om de vloot duurzamer te maken door modernisering van de vloot en een argument om de nadruk te leggen op het waarborgen van de overgang naar volledige elektrificatie van de vloot.
  3. Een overzicht van de huidige behoeften van de ABN-vloot.
  4. Een toelichting bij de indeling van de vloot in categorieën die is gebruikt om de verschillende analyses uit te voeren.
  5. Een analyse van de toegang van het huidige wagenpark tot de Brusselse lage-emissiezone (LEZ).
  6. Een analyse van de totale eigendomskosten (TCO) van de geëlektrificeerde vloot op hoog niveau, met inbegrip van een raming van de prijsontwikkeling tot en met 2030.
  7. Een indicatieve raming van de operationele haalbaarheid van de elektrificatie van het wagenpark.
  8. Een plan voor de vervanging van voertuigen tot en met 2035.
  9. Een plan voor de invoering van laadinfrastructuur in ABN-depots.
  10. Een indicatieve raming van de investeringskosten voor de oplaadinfrastructuur.

Via het klimaatplan mobiliteit zet het Agentschap Facilitair Bedrijf in op de uitrol van laadinfrastructuur voor EVs op verschillende locaties in eigendom en/of beheer van de Vlaamse overheid én op thuislaadpunten. In 2016/2017 zette het Agentschap Facilitair Bedrijf de eerste stappen in deze transitie door een bestek in de markt te zetten voor de levering, installatie en exploitatie van laadinfrastructuur.

Het raamcontract met de Charge Point Operator die in 2016/2017 werd geselecteerd kwam te vervallen, waardoor een nieuw raamcontract opgemaakt en gepubliceerd moest worden. The New Drive coördineerde en begeleidde de Vlaamse overheid met de volgende processtappen:

  1. Voorbereiden bestek en inventariseren noden
  2. Uitwerken concept bestek
  3. Werksessie concept bestek
  4. Afwerken finaal bestek
  5. Uitwerken objectieve vergelijking en ranking inschrijvers
  6. Toelichting objectieve beoordeling en ranking offertes

Op basis van deze begeleidingsopdracht heeft het Agentschap Facilitair Bedrijf een nieuwe Charge Point Operator kunnen selecteren om de komende jaren de bestaande alsook nieuwe laadpalen te installeren en exploiteren.

Als toonaangevend shoppingcenter met ruime parking krijgt Maasmechelen Village meer en meer vragen van klanten en partners naar de aanwezigheid van de laadpalen voor EVs. De huidige 2 laadpalen voldoen niet meer aan het groeiend aandeel van EVs in de vloot.

(meer…)

Elia Group ambieert haar utilitaire vloot van ca. 450 voertuigen te elektrificeren door een gefaseerde introductie van elektrische en hybride voertuigen. Ze wil dit doen vanuit een future proof aanpak, gebaseerd op een grondige analyse van het kostenplaatje, rekening houdende met de reële bedrijfsoperaties (waarbij haalbaarheid en bedrijfszekerheid cruciale elementen zijn).

The New Drive begeleidde Elia Group in deze elektrische transitie van het utilitair wagenpark, met o.a. de uitvoering van de volgende onderdelen:

  1. Vloot- en gebruikersanalyse
  2. Budgettaire haalbaarheid door middel van een TCO (Total Cost of Ownership) benadering
  3. Vertaling van de inzichten naar future proof fleet en laadinfrastructuur planning
  4. Managementsamenvatting

Op basis van de studieresultaten van The New Drive is Elia intern aan de slag gegaan met de opstelling van een visie/draaiboek voor de vergroening van de utilitaire vloot. Dit plan werd vervolgens aan het management voorgesteld. Elia is de komende jaren van plan om hun 9 servicecenters volledig klaar te stomen voor de vergroening. Per jaar is het de bedoeling om 2 service centers te voorzien van EVs en de bijhorende laadinfrastructuur (met als overall doel om alle service centers EV-ready te maken tegen 2027). Aanvullend is Elia van plan om de hoogspanningsposten (ongeveer 475 (!) locaties) te gaan uitrusten met minstens 2 laadpalen.

Wat was de uitdaging?

CM Limburg verhuisde in de zomer van 2022 naar een nieuw kantoorgebouw ‘De Demersite’ te Hasselt. De realisatie van het nieuwe kantorencomplex verliep via het “Design & Build” concept, waarbij de (onder)aannemer ook laadinfrastructuur voorzag. In een eerste uitrolfase ging het om 5 laadzuilen en 4 single wallboxen in de ondergrondse parking (een totaliteit van 14 laadpunten).

The New Drive heeft CM Limburg bijgestaan en geadviseerd om een laadpaalexploitant te selecteren. De aannemer voor de bouw van het kantorencomplex heeft zelf kunnen kiezen welke laadpalen (cfr. merk en model) geïnstalleerd werden: laadpalen van de Powerdale Nexxtender familie. De rol van de aannemer stopt na de oplevering van de installatie van de laadpalen, hierdoor moest CM Limburg op zoek naar een marktpartij om de laadpalen te exploiteren.

Hoe hebben we dit aangepakt?

The New Drive heeft een Request for Proposal (RfP) opgemaakt voor de exploitatie van de laadinfrastructuur aan het nieuwe hoofdkantoor. De opmaak van de RfP is verlopen via een iteratief proces in nauwe samenwerking met CM Limburg. Zo werd aan de voorkant een strategisch-tactische sessie georganiseerd om inzichtelijk te maken welke elementen van belang zijn bij de exploitatie van laadpalen (denk hierbij o.a. aan interoperabiliteit, ad hoc betaling, open source, technische eisen, onderhoud, toegang tot een online opvolgingsmodule, …). Op basis van de specifieke eisen en wensen van CM Limburg aan de laaddienstverlening werd een RfP uitgewerkt.

Vervolgens werd de RfP uitgestuurd aan diverse marktpartijen die actief zijn in de e-mobility sector. The New Drive bezorgde hiertoe een lijst van marktpartijen aan CM Limburg.

Na het verlopen van de deadline van de RfP hielp The New Drive met de beoordeling van de offerte. Er werd een inhoudelijke screening uitgevoerd van het offertevoorstel alsook een financiële analyse. Doordat er maar één offerte beschikbaar was werden de prijzen ook gebenchmarkt t.o.v. eerdere offertes waarover The New Drive beschikt. Na wat verduidelijkingsvragen leidde dit uiteindelijk tot de goedkeuring van het offertevoorstel.

Als laatste onderdeel heeft The New Drive een inhoudelijke analyse uitgevoerd van het contractvoorstel van de marktpartij. Het resultaat van deze analyse werd mondeling aan CM Limburg toegelicht.   

De elektrificatie van bedrijfswagens, zowel personenwagens als logistiek vervoer, is in volle gang vanwege overheidsstimulansen en opschaling van EV- en batterijproductie. Het beursgenoteerde Intervest heeft in België en Nederland meer dan 65 kantoor- en warehouselocaties in beheer en beoogt duurzame waardencreatie te realiseren voor haar klanten door hen in het beheer van hun kantoren en logistiek te ontzorgen. Vanuit dit perspectief wil Intervest elektrische laadinfrastructuur aan huurders en bezoekers aan te bieden.

Intervest vroeg The New Drive haar te begeleiden om een duurzaam business model rond laadinfrastructuur op te zetten. The New Drive maakte per locatie een technische en financiële haalbaarheidsstudie op. Op basis van de uitgewerkte technische uitvoeringsplannen werktte The New Drive in opdracht van Intervest de offertevraagdocumenten uit. Vervolgens begeleidden we Intervest in de onderhandelingen met mogelijke leveranciers van laadinfrastructuur voor de uitrusting van haar sites en keken we toe op de goede uitvoering van de werken.

We kennen allemaal het liedje “het busje komt zo”. Voor autocar- en autobusonderneming Multiobus klinkt deze melodie toch een beetje anders: “het elektrisch busje komt zo”. Op basis van eerdere succesvolle experimenten met elektrische bussen maakte Multiobus een opstap: begin 2021 werden 10 gloednieuwe elektrische bussen van het merk Ebusco in dienst genomen worden. Maat Multiobus wilt daarmee het elektrisch verhaal nog niet beëindigen. Ze zijn immers van plan om de komende jaren nog meer volledig elektrische bussen in te zetten.  

Om deze zero-emissie bussen te kunnen gebruiken is er natuurlijk nood aan oplaadinfrastructuur. Multiobus schakelde The New Drive in om hen bij te staan in de zoektocht naar geschikte laadinfrastructuur voor de voorlopige vloot van 12 elektrische bussen op de stelplaats in Tienen. In de zomer van 2020 werd hiertoe een marktbevraging georganiseerd, via een Request of Proposal (RfP). Na de beoordeling van de offertes en het voeren van onderhandelingsgesprekken heeft Multiobus gekozen voor Heliox als preferred partner. Concreet werden door Heliox 12 laadpunten van 60 kW gerealiseerd via een grondopstelling in het busdepot. De installatie van Heliox is future proof en kan in de toekomst uitgebreid worden naar 24 laadposities.  

Wat was de uitdaging?

Vlaamse Vervoersmaatschappij De Lijn heeft als doelstelling om in 2025 in alle Vlaamse centrumsteden de bussen emissievrij te laten rijden. Daarvoor werkte ze vanaf 2016 een gefaseerde strategie uit. Na een eerste fase van pilootprojecten en een RFI, diende de e-bus strategie en bijkomende aanbesteding van 920 e-bussen georganiseerd te worden. Ter kennisondersteuning van de systematiek en bestekken voor de hard- en software van laadinfrastructuur werd The New Drive geselecteerd als kennispartner. 

Hoe hebben we dit aangepakt?

The New Drive heeft De Lijn ondersteuning geboden bij de uitwerking van de strategie en de operationele detaillering van de laadinfrastructuur (pantografen, CSS en Type 2) in publieke ruimte en depots voor de eerste 920 elektrische OV-bussen in Vlaanderen. The New Drive heeft een strategisch-tactisch kader geboden waarin samen met De Lijn werd nagedacht over de te maken keuzes bij het aanbesteden van de laadinfrastructuur op stelplaatsen én in de publieke ruimte. Hierbij werd rekening gehouden met de noden van De Lijn, maar ook met de economisch meest voordelige oplossing. The New Drive heeft vervolgens aan de bestekken en de meetstaten voor de aanbesteding van de laadinfrastructuur en bijkomende overkoepelende software geschreven.

Wat was de uitdaging?

Stad Leuven voerde enkele beleidsmatige wijzigingen door, waaronder de heroriëntering van het ambitieniveau van de Vlaamse Regering (cfr. Clean Power for Transport). Hierdoor was er nood aan een duidelijke visie omtrent zero emissie binnen de stad.

Hoe hebben we dit aangepakt?

The New Drive heeft de stad Leuven ondersteund in de ontwikkeling van een nieuwe beleidsvisie zero emissie mobiliteit voor de volgende beleidsperiode, met een doorkijk tot 2030.

De beleidsvisie zero emissie mobiliteit is uitgewerkt volgens een procesmatige structuur, aan de hand van drie grote stappen.

  1. In de eerste stap werden de inhoudelijke krijtlijnen voor de beleidsvisie bepaald door middel van een co-creatief proces. Hierbij zijn verschillende werksessies met het kernteam (m.n. de interne stakeholders en partners van de stad Leuven en The New Drive) georganiseerd om input te verzamelen omtrent verschillende elementen van de beleidsvisie, gaande van de beleidsmaatregelen, de ambities van de stad Leuven, de aanpak van de laadinfrastructuur en de doelgroepen tot de financieel-economische vraagstukken.
  2. Vanuit een kapstokdocument, opgesteld tijdens de eerste stap, werd in de tweede stap een conceptversie van de beleidsvisie uitgewerkt door The New Drive.
  3. Tot slot werd in de derde stap de conceptversie afgestemd met het kernteam om te komen tot een finale beleidsvisie elektrische mobiliteit.

The New Drive stond in deze opdracht, als lid van het kernteam, in voor de procesmatige uitwerking van de beleidsvisie, alsook voor de inhoudelijke uitwerking ervan. Hierbij zijn o.a. volgende rollen en taken opgenomen:

Elektrisch vervoer groeit in België. Hiervoor zijn niet alleen laadpalen bij mensen thuis nodig. Ook laadpalen in de openbare ruimte, zogenaamde publieke laadpalen zijn daarbij gewenst om elektrische auto’s te laden. Binnen The New Drive hebben we een atlas ontworpen die laat zien hoeveel publieke laadpalen er per stad of gemeente nodig zijn in 2020, 2025 en 2030. Dit is een prognose, gebaseerd op de groei van elektrisch vervoer. Meer weten over hoe deze prognose? Check dan zeker evatlas.be.

Wat was de uitdaging?

Het kader omtrent het verkopen van elektriciteit via een laadpaal was niet duidelijk. Zo bleek dat er nog geen leveringsvergunning nodig was, maar dat er desondanks toch onzekerheid heerste.

Hoe hebben we dit aangepakt?

Voor de groep D’Ieteren werd een onderzoek gedaan naar de risico’s van de plaatsing van laadinfrastructuur. The New Drive heeft D’Ieteren begeleid in zijn groeistrategie om dit qua legale aspecten op een juiste manier te doen. In een tweede fase werd de opportuniteit van het leveren van flexibiliteit door middel van elektrische wagens bekeken en becijferd. Het resultaat was een duidelijke strategie met zekerheid omtrent de wettelijke aspecten.

Wat was de opgave?

De gemeente Lummen wilde graag het huidige wagenpark vergroenen, maar wist niet goed hoe dit aan te pakken.

Hoe hebben we dit aangepakt?

The New Drive startte met een analyse van het huidige wagenpark van de gemeente Lummen en maakte als het ware een foto van de huidige situatie. Vervolgens werden per voertuigtypologieën en o.b.v. een aantal objectieve data-analyses voorstellen gedaan voor de vervanging van voertuigen door milieuvriendelijke(re) varianten (zowel CNG als elektrische voertuigen).

Verder werden mogelijke strategieën en aandachtspunten voor de middellange en lange termijn opgelijst en besproken. Na de voorstelling van de resultaten ondersteunde The New Drive de gemeente Lummen met het indienen van een subsidieaanvraag via de Clean Power for Transport projectoproep 2018 vanuit het Departement Omgeving. De subsidieaanvraag werd goedgekeurd waardoor de gemeente de vergroening van het wagenpark in de praktijk kan realiseren.

Na het doorlopen van het EVORA-project in 2015, in kader van de ‘Clean Power for Transport’ doelstelling van de Vlaamse overheid en de uitrol van oplaadinfrastructuur in heel Vlaanderen, heeft de stad Leuven ervoor gekozen de uitrol van oplaadinfrastructuur voor elektrische voertuigen zelf te organiseren en in handen te nemen. De stad kiest ervoor om het vergunningenmodel voor oplaadinfrastructuur toe te passen, als primeur en voorloper in Vlaanderen. Elke marktpartij die voldoet aan de vergunningsvoorwaarden en de afspraken hierover naleeft mag in de stad Leuven oplaadinfrastructuur installeren en exploiteren.

Wat was onze rol?

The New Drive en APPM traden op als strategisch adviseurs en hielpen de stad Leuven zowel bij de opmaak van de vergunningsvoorwaarden en -overeenkomst als bij de communicatie naar de Leuvenaren en marktpartijen van oplaadinfrastructuur.

Partners: APPM

Wat is BENEFIC?

BENEFIC is een grensoverschrijdende en innovatieve projectoproep voor de ontwikkeling van laad- en tankinfrastructuur voor alternatieve brandstoffen voor transport. Hieronder vallen de volgende categorieën: oplaadinfrastructuur voor elektrische voertuigen, elektrische taxi’s en elektrische bussen, CNG- en LNG-infrastructuur, waterstoftankinfrastructuur en walstroom voor de binnenvaart. BENEFIC wordt gefinancierd door het Connecting Europe Facility-programma (CEF) van de Europese Unie.

Via drie open projectoproepen voor publieke en private partijen worden infrastructuurprojecten gekozen en gesubsidieerd. De eerste projectoproep liep af in mei 2018, de tweede in december 2018 en de derde in april 2021. Hierbij werden in totaal 44 projecten financieel ondersteund, waaronder de uitbouw van elektrisch busvervoer, (ultra)snelladers, CNG-voorzieningen en walstroom voor de binnenvaart. De meerderheid van de projecten zijn momenteel nog in uitvoering en dienen tegen uiterlijk 30 september 2022 gerealiseerd te zijn (wegens aanzienlijke vertragingen in de levering van o.a. elektrotechnische componenten is de kans groot dat er verlening zal zijn t.e.m. 30 september 2023).

Welke rol nam The New Drive op?

The New Drive heeft voor deze projectoproep het algemeen project- en procesmanagement uitgevoerd: coördinatie van de communicatie, helpdesk, coördinatie beoordeling ingediende projecten en begeleiding van de overlegmomenten met het projectteam. The New Drive fungeerde tevens als aanspreekpunt vanuit de partners, de Brusselse, Vlaamse en Nederlandse overheden en de marktpartijen.

Daarnaast startte The New Drive in 2022 met een evaluatie van van deze projectoproepen en de projecten die een financiering verkregen. Voor de rapportering van de geselecteerde project helpen The New Drive en Grant@vice momenteel het Departement MOW bij het nazicht van de tussentijdse en eindrapporten van de projectindieners. Zo voert The New Drive een inhoudelijke screening uit van de ingediende projecten én zorgt Grant@vice voor een financieel nazicht.

Partners: APPM, Vito, TNO, Grant@vice, Paddle & IGTV

Wat was de uitdaging?

Sinds de intrede van elektrische en plug-in hybrides is het voor mensen niet evident om een keuze en een financiële afweging te maken. Om dit te vergemakkelijken vroeg het Departement Omgeving (toenmalig LNE) in 2016 aan ons om iets te bedenken.

Hoe pakten we dit aan?

The New Drive ontwikkelde een Total Cost of Ownership (TCO) webapplicatie voor de website www.milieuvriendelijkevoertuigen.be. Deze tool heeft als doel om op een gebruiksvriendelijke wijze een gepersonaliseerde kostenvergelijking te maken tussen elektrische, plug-in hybride, aardgas-, benzine- of dieselwagens. Sinds de lancering in 2016 zijn er verschillende fiscale wijzigingen doorgevoerd om de aankoop van milieuvriendelijke voertuigen te stimuleren. Gelijklopend hiermee is het aanbod van milieuvriendelijke voertuigen, zoals CNG-, plug-in hybride, waterstof en elektrische wagens aan het uitbreiden.

Jaarlijks wordt deze applicatie aangepast ter integratie van de verschillende fiscale wijzigingen alsook om nieuwe modellen en prijzen te implementeren.

Wat was de uitdaging?

De Vlaamse overheid geeft het goede voorbeeld door haar mobiliteitsuitstoot te verminderen. In het klimaatactieplan van de Vlaamse overheid wordt de ambitie beschreven om de eigen mobiliteit te verduurzamen, door o.a. het stimuleren van duurzaam verplaatsingsgedrag, het verminderen van verplaatsingen en het vergroenen van de vloot. Binnen dit Actieplan Mobiliteit dienen alle entiteiten van de Vlaamse overheid een vervoersbehoefte- en vervangingsplan op te maken tegen 2020.

Hoe hebben we dit aangepakt?

Er werd gestart met het in kaart brengen van het bestaande wagenpark en de vervoersbehoefte vanuit het Agentschap Natuur en Bos. Dit vormde het vertrekpunt om een vervangingsplan op te maken, bestaande uit prioriteiten op korte, middellange en lange termijn. Op maat van het Agentschap Natuur en Bos werden inspirerende en duurzame mobiliteitsacties geformuleerd om verder aan de slag te gaan opdat het plan effectief uitvoerbaar werd. Aanvullend werd ook een enquête georganiseerd om de modal split van dienstverplaatsingen bij het Agentschap Natuur en Bos in kaart te brengen en meer bewustzijn te creëren bij de medewerkers.

The New Drive verzorgde zowel het projectmanagement als de inhoudelijke uitwerking van het vervoersbehoefte- en vervangingsplan. Er werd een begeleidingscomité opgericht om het project inhoudelijk op te volgen en aan te sturen, waarbij The New Drive verantwoordelijk was voor de organisatie van deze begeleidingscomités.

Wat was het resultaat?

Na het doorlopen van het proces werd de inhoud geconsolideerd in een eindrapport en werden de resultaten voorgesteld aan de directie.

Partners: PWC

Wat was de uitdaging?

Lampiris is als energieleverancier en -producent een echte koploper op vlak van 100% groene energie. Met de exponentiële opkomst van elektrische mobiliteit heeft Lampiris zich een voortrekkersrol toegeëigend. Hoe kun je immers elektrisch rijden promoten en verkopen als je niet zelf elektrisch rijdt?! De ambitie om te elektrificeren is hoog: de vraag is op welke manier het wagenpark naar 100% elektrisch kan gaan, en binnen welk tijdsspanne, rekening houdend met de financiële en praktische haalbaarheid van elektrische wagens en de laadinfrastructuur.

Hoe hebben we dit aangepakt?

In een eerste fase zorgde The New Drive voor een inspiratiesessie waarbij Lampiris een kennissprong over elektrische mobiliteit doormaakte, met o.a. inzichten over de state of art korte termijn ontwikkelingen in België. In een tweede fase toetste The New Drive de haalbaarheid a.d.h.v. de Total Cost of Ownership (TCO) en de Real Cost of Ownership (RCO). Er werd hierbij uitgewerkt of elektrisch rijden duurder dan wel goedkoper is.

The New Drive werkte tevens een aantal groeiscenario’s uit voor de uitrol van elektrische voertuigen in het wagenpark van Lampiris, rekening houdend met de praktische (o.a. laden en actieradius) en financiële implicaties. Binnen het project vormde een enquête rond elektromobiliteit onder de werknemers de basis voor praktische haalbaarheid van de verschillende scenario’s.

Intussen heeft Lampiris een persbericht uitgestuurd met de ambitie om de gehele vloot tegen 2021 te elektrificeren. Lees het volledige persartikel van De Standaard of Fleet Magazine.

Het Brussels Hoofdstedelijk Gewest (BHG) wil het gebruik van alternatieve brandstoffen voor voertuigen, en in het bijzonder elektrische voertuigen, stimuleren. Om de overstap naar elektrisch vervoer te stimuleren, heeft het BHG al een aantal maatregelen genomen, in het bijzonder op vlak van de voorbeeldrol van de Brusselse overheden inzake vervoer, financiële steun voor ondernemingen voor de aankoop van hybride en elektrische voertuigen, licenties voor elektrische taxi’s, enz.
Het BHG neemt initiatief voor de volgende stap: het aanbieden van een netwerk van publiek toegankelijke oplaadinfrastructuur. Brussel Mobiliteit staat in voor de uitrol van dit netwerk, ze lanceren hiervoor een lastenboek voor de concessie van diensten met als voorwerp het leveren, plaatsen en exploiteren van oplaadinfrastructuur voor elektrische voertuigen in het BHG.

The New Drive trad op als kennispartner van Brussel Mobiliteit bij de opmaak van het lastenboek, inclusief de uitwerking van een model concessieovereenkomst. Via een aantal overlegmomenten met de stuurgroep werd de scope van de concessie bepaald. The New Drive stond Brussel Mobiliteit ook bij in het betrekken van een aantal partners via de organisatie van een begeleidingscomité. Daarnaast verzorgde The New Drive een aantal infosessies aan de Brusselse gemeenten over de inhoud en de scope van de concessie.

The New Drive ging samen met Procos aan de slag om de mobiliteitsvisie voor 2020 uit te werken voor de Corda Campus te Hasselt. Het resultaat is een integrale visie met een reeks deeldomeinen. 

Procos startte het project met een analyse van de bestaande toestand. Daarop bracht The New Drive haar expertise in en ontwikkelde een toekomstvisie rond groene mobiliteit. Arcadis ondersteunde hierbij en trad op als expert in mobiliteit en verkeersplanning.

Om tot de uiteindelijke toekomstvisie te komen werden verschillende workshops georganiseerd waarbij experts hun expertise inbrachten. Deze inzichten werden gesynthetiseerd aan het einde van de workshops en dienden als basis om verder te werken. Deze inzichten, samen met de opgave van de opdrachtgever alsook eigen inzichten werden samengenomen en vormden zo de integrale mobiliteitsvisie 2020 voor Corda Campus.

Traxio, The New Drive en BFFMM hebben samen het Platform Elektrische Bedrijfswagens opgestart.

Binnen dit platform ondersteunden de drie partijen verschillende koplopers bij de vergroening van hun bedrijfsvloot. Welke aspecten zijn belangrijk? Welke wagens komen in aanmerking? Hoe zit het dan met de fiscaliteit? Allemaal aspecten die hierin een rol kunnen spelen.

De ervaringen van het traject met deze koplopers werd gebundeld in een praktijkgids en gedeeld met alle Vlaamse bedrijven. Hiermee trachten Traxio, The New Drive en BFFMM Vlaamse bedrijven met vloten van verschillende groottes te helpen bij de overschakeling naar een groen wagenpark. Door ervaringen van koplopers te delen wordt het voor andere bedrijven makkelijker om de stap te zetten naar een vergroening en kunnen mogelijke drempels weggewerkt worden. Bovendien leren ze van elkaar en kunnen hierdoor struikelblokken vermeden worden. Op die manier fungeerde PEB als een soort lerend netwerk.

Het Jessa ziekenhuis werkt continu aan permanente verbeteringen, ook op het vlak van mobiliteit en bereikbaarheid van de verschillende campussen. Doordat er steeds meer mensen met elektrische wagens rijden en dit in de toekomst alleen maar zal toenemen, wil het Jessa ziekenhuis graag inspelen op deze groeiende behoefte. Daarom vroeg ze aan ons om te begeleiden in het voorzien van oplaadinfrastructuur voor elektrische voertuigen op verschillende campussen.

The New Drive heeft Jessa geadviseerd bij de opmaak van een prijsvraag/bestek voor het plaatsen, onderhouden en exploiteren van oplaadpalen op twee verschillende campussen. Het resultaat is dat in eerste instantie vier oplaadpunten voorzien worden op de campussen Salvator en St.-Ursula. Zo zet het Jessa Ziekenhuis een grote stap vooruit in hun mobiliteitsbeleid.

Voor Netwerkorganisaties