Sint-Truiden had nood aan een overkoepelende toekomstvisie mobiliteit 2030 die als richtinggevend kader de hoofdlijnen uiteenzet voor aspecten als parkeren, fietsen, verbindingen tussen stad en dorpen, laadinfra en circulatie in en rond de binnenstad. Dit kader ontbrak binnen de stad en was noodzakelijk voor toekomstige beoordelingen. Daarnaast maakt de stad gebruik van een burgermeldsysteem dat nu niet optimaal verloopt.
Hoe hebben we dit aangepakt?
The New Drive heeft de stad in een intensief en participatief traject begeleid om de visie en prioriteiten scherp te stellen. Op basis van de bestaande documenten (bv. gemeentelijk mobiliteitsplan 2014, de strategische nota’s parkeren en fiets, het klimaatplan etc… ) en d.m.v. interviews werden de ambities en voorstellen opgehaald van de verschillende diensten, politie, politieke vertegenwoordigers van de stad en vervoerregio Limburg.
Via het online participatieplatform Citizen Lab werd een bevraging uitgestuurd om de verplaatsingswijze en de prioriteiten van de inwoners van Sint-Truiden in kaart te brengen. 465 inwoners hebben de volledige enquête ingevuld. Naast de bevraging konden de inwoners ook online reageren op stellingen over fietsers en voetgangers, parkeer- en handhavingsbeleid, auto, aantrekkelijke kernen, openbaar vervoer en verkeersveiligheid.
Deze participatieronde ging gepaard met een uitgebreide communicatiecampagne die samen met de stad Sint-Truiden werd vormgegeven.
Daarnaast werd ook het burgermeldsysteem onder de loop genomen: alles werd geanalyseerd en er werden aanbevelingen geformuleerd.
Wat is het resultaat?
Het resultaat van dit traject werd een compacte, ambitieuze en gedragen nota met heldere, meetbare doelstellingen inzake modal shift en prioriteiten alsook een geoptimaliseerd burgermeldsysteem.
De federale minister van Mobiliteit Georges Gilkinet werktte aan een federaal actieplan voor Verkeersveiligheid 2021-2024. Om beter te begrijpen hoe verkeersonveiligheid door de bevolking wordt ervaren en om een maatschappelijk debat over verkeersveiligheid op gang te brengen, organiseren de minister, de FOD Mobiliteit en Vervoer en Vias institute een grote burgerparticipatie en werd The New Drive gevraagd om hen daarin te begeleiden.
In aanloop naar een Staten-Generaal Verkeersveiligheid heeft The New Drive samen met VIAS een online bevraging opgezet via het online participatieplatform Citizen Lab rond 3 thema’s:
Samen op weg
Risicogedrag verminderen
Controles, begeleiding en vorming
The New Drive heeft het concept en inhoud van de bevraging uitgewerkt en stond ook in voor het verwerken van de resultaten.
Daarnaast heeft The New Drive ook de organisatie van 6 burgerpanels op zich genomen. Dit omvat o.a. het uitwerken van het concept, uitschrijven van het draaiboek, briefing van de moderatoren (NL en Franstalig) en deelname aan de sessies als moderator. De resultaten van de burgerpanels zijn meegenomen naar de Staten-Generaal Verkeersveiligheid die op 23 november 2021 heeft plaatsgevonden. De bevraging en de burgerpanels gaven federaal minister van Mobiliteit Gilkinet en de FOD mobiliteit een beter inzicht in de wijze waarop verkeersveiligheid wordt ervaren door burgers en versterkt het beleidsvormingsproces dat op een meer democratische wijze wordt vormgegeven. Op basis van de verschillende participatiemomenten is het Federaal Actieplan Verkeersveiligheid 2021-2024 uitgewerkt tot een gedragen document.
Wat was de uitdaging?
Universiteit Hasselt zat met een mobiliteitsprobleem aan zowel campus Hasselt als campus Diepenbeek. Dit probleem werd initieel louter omschreven als een parkeerprobleem en kende geen eenvoudige oplossing. Om dit aan te pakken, werden wij gevraagd ons licht te laten schijnen op de situatie.
Hoe hebben we dit aangepakt?
The New Drive heeft de UHasselt begeleid bij het opmaken van een maatregelenpakket van gedragen mobiliteitsoplossingen voor alle vervoersmodi. Dit gebeurde aan de hand van een iteratief en co-creatief traject waarbij zowel een stuurgroep met personeelsleden van de UHasselt, alsook studenten en andere personeelsleden konden meedenken en input geven. De rode draad in de uitvoering was een transitie in het denken van “een parkeerprobleem” naar “hoe kan ik mijn gedrag wijzigen als bijdrage tot oplossingen”, en welke maatregelen kunnen helpen om hier samen resultaat te boeken. Met andere woorden: er werd ingezet op zowel een modal shift als een mental shift om het probleem op te lossen.
Er werd gestart met een Quick Scan om de huidige mobiliteitssituatie in kaart te brengen en de nodige inzichten te verschaffen. Dit fungeerde als referentiepunt om in de toekomst het effect van de nieuw geïmplementeerde maatregelen zichtbaar te maken.
Een goed voorbereid en doordacht participatieproces met studenten en personeel hebben geleid tot een longlist van mogelijke maatregelen, welke werden herleid tot 25 maatregelen op basis van het afgetoetste draagvlak tijdens enkele werksessies. Deze zijn dan verder geprioriteerd aan de hand van de combinatie van 4 bijkomende selectiecriteria: impact op modal shift, investeringskost, realisatietijd en complexiteit. De maatregelen werden ook gekoppeld aan de strategische en operationele doelstellingen van het mobiliteitsplan van de UHasselt, de bijdrage tot het STOEP principe, en de mogelijke bijdrage tot een verbeterde score op de Quick Scan. Aanvullend werd er nog een onderscheid gemaakt tussen maatregelen die in de beslissingsbevoegdheid liggen van de UHasselt en deze waarbij externe stakeholders betrokken zijn.
Wat is het eindresultaat?
Het eindresultaat is een gedragen maatregelenpakket dat inzet op een duurzame mobiliteits- en gedragstransitie.
Wat was de uitdaging?
Stad Leuven voerde enkele beleidsmatige wijzigingen door, waaronder de heroriëntering van het ambitieniveau van de Vlaamse Regering (cfr. Clean Power for Transport). Hierdoor was er nood aan een duidelijke visie omtrent zero emissie binnen de stad.
Hoe hebben we dit aangepakt?
The New Drive heeft de stad Leuven ondersteund in de ontwikkeling van een nieuwe beleidsvisie zero emissie mobiliteit voor de volgende beleidsperiode, met een doorkijk tot 2030.
De beleidsvisie zero emissie mobiliteit is uitgewerkt volgens een procesmatige structuur, aan de hand van drie grote stappen.
In de eerste stap werden de inhoudelijke krijtlijnen voor de beleidsvisie bepaald door middel van een co-creatief proces. Hierbij zijn verschillende werksessies met het kernteam (m.n. de interne stakeholders en partners van de stad Leuven en The New Drive) georganiseerd om input te verzamelen omtrent verschillende elementen van de beleidsvisie, gaande van de beleidsmaatregelen, de ambities van de stad Leuven, de aanpak van de laadinfrastructuur en de doelgroepen tot de financieel-economische vraagstukken.
Vanuit een kapstokdocument, opgesteld tijdens de eerste stap, werd in de tweede stap een conceptversie van de beleidsvisie uitgewerkt door The New Drive.
Tot slot werd in de derde stap de conceptversie afgestemd met het kernteam om te komen tot een finale beleidsvisie elektrische mobiliteit.
The New Drive stond in deze opdracht, als lid van het kernteam, in voor de procesmatige uitwerking van de beleidsvisie, alsook voor de inhoudelijke uitwerking ervan. Hierbij zijn o.a. volgende rollen en taken opgenomen:
Ontwikkeling proces voor de opmaak van de beleidsvisie.
Organisatie en vormgeving werksessies (bepalen inhoudelijke krijtlijnen o.b.v. co-creatie).
Inhoudelijke uitwerking van de beleidsvisie.
Lid van het kernteam (systematische afstemming met stad Leuven).
Op 22 juni 2019 is het decreet basisbereikbaarheid in werking getreden. Met de inrichting van vervoerregio’s (15 in Vlaanderen), vervoerregioraden en regionale mobiliteitsplannen hebben de Vlaamse gemeenten nu een kader waarbinnen ze kunnen samenwerken aan mobiliteitsuitdagingen. Deze regio’s werken mee aan de Vlaamse doelstelling om het aantal voertuigkilometers met 15% te laten dalen alsook een modal shift te behalen van 40% duurzame verplaatsingen.
Consortium behartigt 6 vervoerregio’s
Het consortium Sweco – The New Drive – Goudappel maaktte al het regionaal mobiliteitsplan op voor de (complexe) vervoerregio Antwerpen en voegt daar nu nog 5 extra regio’s aan toe, met name Vlaamse Rand, Gent, Limburg, Mechelen en Kortrijk. Dit zijn hoofdzakelijk de meest omvangrijke en complexe vervoerregio’s. Deze complexiteit speelt zowel inhoudelijk als op vlak van procesvoering. Met deze 6 vervoerregio’s zal het consortium de toekomstige mobiliteitsvisie voor 155 van de 300 Vlaamse gemeenten mee bepalen met het oog op een betere basisbereikbaarheid. Zo nemen we een belangrijke maatschappelijke verantwoordelijkheid op in de uitwerking van het Vlaamse mobiliteitsbeleid.
Belang van regionaal mobiliteitsplan
Het regionaal mobiliteitsplan legt de globale en gedeelde mobiliteitsvisie voor een langere termijn vast voor de vervoerregio, en dat voor alle vervoersmodi. Dit plan doet onder andere uitspraken over de belangrijke mobiliteitsuitdagingen van de regio, tekent het openbaar vervoersnetwerk uit en presenteert maatregelen voor de verbetering van de doorstroming, de verkeersveiligheid en het fietsbeleid. Hierbij besteden we niet enkel aandacht aan het mobiliteitsaanbod zelf, maar komen ook ruimte en gedrag aan bod. Die laatste component, gedrag, is een uitermate belangrijk aspect aangezien geen enkele modal shift te bereiken is zonder een mental shift. Co-creatie en participatie zijn daarbij belangrijke elementen om de procesmatige aanpak succesvol te laten verlopen.
Rol van The New Drive
Binnen deze opdracht treedt The New Drive op als eerste aanspreekpunt voor de opdrachtgever en begeleidt het proces. Ze voorzien de algemene procesbegeleiding en ondersteuning bij de organisatie van de verschillende overlegmomenten, de interne en externe communicatie, zorgen voor de integratie van de verschillende onderdelen, zorgen mee voor draagvlak bij alle relevante stakeholders en houden alle interne en externe teamleden aan hun opdrachten en hun timing. Zij brengen specifieke expertise in betreffende de opzet van het proces, de werkgroepen en de vertaling in aansprekende (bestuurlijke) producten. Daarnaast treden zij ook op als expert in het expertteam.
Partners: Sweco, Goudappel
Op 22 juni 2019 is het decreet basisbereikbaarheid in werking getreden. Met de inrichting van vervoerregio’s (15 in Vlaanderen), vervoerregioraden en regionale mobiliteitsplannen hebben de Vlaamse gemeenten nu een kader waarbinnen ze kunnen samenwerken aan mobiliteitsuitdagingen. Deze regio’s werken mee aan de Vlaamse doelstelling om het aantal voertuigkilometers met 15% te laten dalen alsook een modal shift te behalen van 40% duurzame verplaatsingen.
Consortium behartigt 6 vervoerregio’s
Het consortium Sweco – The New Drive – Goudappel maaktte al het regionaal mobiliteitsplan op voor de (complexe) vervoerregio Antwerpen en voegt daar nu nog 5 extra regio’s aan toe, met name Vlaamse Rand, Gent, Limburg, Mechelen en Kortrijk. Dit zijn hoofdzakelijk de meest omvangrijke en complexe vervoerregio’s. Deze complexiteit speelt zowel inhoudelijk als op vlak van procesvoering. Met deze 6 vervoerregio’s zal het consortium de toekomstige mobiliteitsvisie voor 155 van de 300 Vlaamse gemeenten mee bepalen met het oog op een betere basisbereikbaarheid. Zo nemen we een belangrijke maatschappelijke verantwoordelijkheid op in de uitwerking van het Vlaamse mobiliteitsbeleid.
Belang van regionaal mobiliteitsplan
Het regionaal mobiliteitsplan legt de globale en gedeelde mobiliteitsvisie voor een langere termijn vast voor de vervoerregio, en dat voor alle vervoersmodi. Dit plan doet onder andere uitspraken over de belangrijke mobiliteitsuitdagingen van de regio, tekent het openbaar vervoersnetwerk uit en presenteert maatregelen voor de verbetering van de doorstroming, de verkeersveiligheid en het fietsbeleid. Hierbij besteden we niet enkel aandacht aan het mobiliteitsaanbod zelf, maar komen ook ruimte en gedrag aan bod. Die laatste component, gedrag, is een uitermate belangrijk aspect aangezien geen enkele modal shift te bereiken is zonder een mental shift. Co-creatie en participatie zijn daarbij belangrijke elementen om de procesmatige aanpak succesvol te laten verlopen.
Rol van The New Drive
The New Drive neemt binnen Vervoerregio Limburg de taak van zowel project- als procesleider op zich. Hiermee zijn wij het eerste aanspraakpunt voor de opdrachtgever. Wij staan in voor het opmaken (en behalen) van de timing (zowel extern als intern), het opzetten van meetings met de relevante stakeholders, het samenbrengen van de nodige partijen intern, het mee begeleiden van de participatieve momenten en draagvlakcreatie.
Partners: Sweco, Goudappel Coffeng
Wat was de opgave?
In het kader van het decreet Basisbereikbaarheid en het Toekomstverbond tussen de overheid en burgerbewegingen wordt het Routeplan 2030 uitgewerkt. Dit geïntegreerde mobiliteitsplan voor Vervoerregio Antwerpen moet de verandering van de modaliteitskeuze bewerkstelligen met als ultieme doel om de mobiliteit en leefbaarheid in de regio op een duurzame manier te waarborgen.
Hoe hebben we dit aangepakt?
Routeplan 2030, een mobiliteitsplan voor de toekomst in de Antwerpse regio, wordt uitgewerkt binnen een participatief proces van co-creatie met tal van actoren. Naast de klassieke partners (o.a. bovenlokale overheden en de 32 gemeenten van Vervoerregio Antwerpen) zaten ook externen (zoals burgerbewegingen en belangenorganisaties) mee rond de tafel. In juni 2018 werd de visienota ‘Samen vooruit’ goedgekeurd als basis voor dit Routeplan 2030 en werden de doelen en 10 ambities voor Vervoerregio Antwerpen gedefinieerd. In Routeplan 2030 worden de visie op mobiliteitsknopen en netwerken (fiets, openbaar vervoer, auto, vracht) bepaald, rekening houdend met het samenhangend en gelaagd netwerk van collectief vervoer volgens het concept ‘Basisbereikbaarheid’. Daarnaast wordt er vorm gegeven aan de invulling van ‘ruimte en nabijheid’ en ‘sturen van gebruik’. Dit geheel resulteert in een evaluatiekader en een programma van maatregelen.
Wat was onze rol?
The New Drive stond mee aan het roer om de procesmatige aanpak in dit complex proces uit te werken en te faciliteren. We fungeerden als eerste aanspreekpunt en algemene procesbegeleider, verantwoordelijk voor het project- en omgevingsmanagement en het overleg met de lokale en bovenlokale opdrachtgevers. Daarnaast traden wij ook op als expert in de expertwerksessies.
Meer informatie over dit project, alsook de visienota, kan u terugvinden op de website: www.routeplan2030.be.