Ondersteuning van de werking van de proefvervoerregio Aalst & Mechelen

De Vlaamse Regering heeft op 18 december 2015 haar goedkeuring gegeven aan de conceptnota ‘Met basisbereikbaarheid naar een efficiënt en aantrekkelijk vervoersmodel in Vlaanderen dat optimaal tegemoetkomt aan de globale en lokale vervoersvraag’. Basisbereikbaarheid omvat het kunnen bereiken van belangrijke maatschappelijke functies op basis van een vraaggericht systeem en met een optimale inzet van middelen. Met de invoering van dit concept wil de Vlaamse overheid een nieuwe invulling geven aan het openbaar vervoerbeleid. Op deze manier stapt men in Vlaanderen af van het idee van basismobiliteit.

De krachtlijnen van de conceptnota zijn het gelaagde vervoersmodel (treinnet, kernnet, aanvullend net en vervoer op maat), de combimobiliteit, de samenwerking van de lokale overheden en de Vlaamse overheid in de vervoerregioraad en afstemming met ruimte.

Vlaanderen wordt in de conceptnota opgedeeld in vervoerregio’s. De Vlaamse regering wenst hiertoe proefprojecten op te starten die vanuit het totaalaanbod en in nauwe samenwerking met lokale besturen en lokale initiatieven worden opgesteld. De vervoerregio’s rond Aalst, Mechelen, Westhoek en Antwerpen zijn naar voor geschoven voor de opstart van proefprojecten. Voor elk van deze proefprojecten moet er voor de vervoerregio een mobiliteitsplan opgemaakt worden.
De Lijn bracht in het najaar 2017 haar advies uit over de twee en derde vervoerslaag. Voor vervoerregio Aalst werd het finaal uitgewerkte en (onder applaus) geaccepteerde kernnet onder de vorm van een finaal advies met randvoorwaarden aan De Lijn overgemaakt. De vierde vervoerslaag, het vervoer op maat, zal bij voorkeur de reeds bestaande initiatieven integreren (belbus, aangepast vervoer, leerlingenvervoer, deelauto’s, deelfietsen,…), met aansturing van een (nog op te richten) mobiliteitscentrale.

Partners: APPM, Goudappel Coffeng, Instituut Mobiliteit

Spreekt deze case jou aan?

Neem contact op met Sven

Voor Netwerkorganisaties