Op weg naar emissievrije stedelijke distributie in Vlaanderen

Een goed jaar geleden knalden de champagnekurken bij de brede Vlaamse transportsector en overheid. Na een maandenlange stakeholderdialoog waarbij de deelnemers intensief van gedachten wisselden, ondertekenden alle 25 (!) betrokken partijen de Kaderovereenkomst rond emissievrije stedelijke distributie in Vlaanderen. Hiermee ontwikkelde Vlaanderen een kader om vanaf 2027 gradueel het gebruik van emissievrije voertuigen in onze steden in te voeren. Zo zet de leefbaarheid in die steden een grote stap voorwaarts. Hoe kunnen steden hiermee concreet aan de slag gaan?

Vlaanderen staat niet alleen in de transitie naar emissievrije stedelijke distributie. Europa wil de uitstoot van de transportsector tegen 2050 met 90% verminderen en we zien tal van initiatieven ontstaan om dit te realiseren. Honderd Europese steden, waaronder Antwerpen, Leuven, Brussel en La Louvière, engageerden zich om tegen 2030 volledig klimaatneutraal te zijn.  Specifiek voor de logistieke sector is er de mogelijkheid om een SULP op te stellen, een Sustainable Urban Logistics Plan. Europa wil dat Antwerpen, Brugge, Gent, Hasselt en Leuven een dergelijk plan opstellen.

Hoe kunnen steden concreet aan de slag gaan?

Nu de urgentie om te werken rond emissievrije logistiek voor de meeste steden duidelijk is, komt het moment om expertise op te bouwen. Dat kan door als stad middelen vrij te maken of te zoeken – denk aan Europese projecten zoals Horizon Europe – voor voldoende en deskundig personeel op dit thema. Eventueel kan ook samengewerkt worden met derde partijen met de nodige expertise.

In stedelijke logistiek zijn veel partijen betrokken. Om de transitie naar emissievrije logistiek maximale slaagkansen te geven, is het van belang om tijdig in gesprek te gaan met deze stakeholders. Verschillende Vlaamse steden, zoals Mechelen, Antwerpen en Gent, brengen deze partijen al één of meermaals per jaar samen om met elkaar in dialoog te gaan, samen acties uit werken, te luisteren naar de uitdagingen en te zoeken naar oplossingen. De stad kan in overleg met de stakeholders een duidelijke ambitie formuleren en vastleggen wanneer de stad haar logistiek emissievrij wil hebben, welke stappen daartoe leiden en welk flankerend beleid de stad moet voeren.

Een stad kan deelnemen aan pilootprojecten, bijvoorbeeld met Europese of Vlaamse middelen (VLAIO, CPT…), of deze projecten initiëren en faciliteren. Zo bouwt de stad verder intern expertise op rond het thema en kunnen verschillende oplossingen uitgetest worden. Oplossingen die goed werken, kunnen dan verder in praktijk gebracht worden. De stad kan tijdelijk financiële ondersteuning bieden om deze oplossingen in de praktijk te brengen.

Practice what you preach

Lokale besturen hebben ook zelf een logistiek wagenpark. De markt biedt steeds meer betaalbare emissievrije voertuigen die door steden en gemeenten kunnen worden ingezet ter vervanging van de fossiele voertuigen. Daarnaast creëert een lokaal bestuur als ontvanger van goederen ook logistieke stromen. Besturen kunnen in hun bestekken extra aandacht – en punten – geven voor het emissievrije beleveren. Zo gaat de leefbaarheid in de stad erop vooruit én krijgen duurzame logistieke spelers extra marktaandeel waardoor ze verder kunnen groeien. Meer inspiratie over dit laatste idee vind je in deze brochure van Bond Beter Leefmilieu.

Lokale besturen hebben dus heel wat sleutels in handen om de impact van de logistieke sector op de leefbaarheid aan te pakken. The New Drive heeft hierover heel wat expertise en begeleide al verschillende steden en de Vlaamse overheid in de transitie naar emissievrije stedelijke logistiek. Neem zeker vrijblijvend contact op als je ons aanbod beter wil leren kennen en wil ontdekken wat wij voor jouw organisatie kunnen betekenen. Of neem een kijkje op onze website.

De Europese Unie voert een steeds ambitieuzer beleid om de CO₂-uitstoot van voertuigen te verminderen. Tegen 2025 worden aanzienlijke reducties verwacht in de uitstoot van personenwagens, bestelwagens en vrachtwagens. In deze blog bespreken we wat deze doelstellingen inhouden en wat de impact ervan is op consumenten, ondernemers en transportbedrijven.

Personenwagens: de verschuiving naar emissievrije mobiliteit

Voor personenauto’s mogen fabrikanten tegen 2025 gemiddeld maximaal 80 gram CO₂ per kilometer uitstoten, een verlaging ten opzichte van de huidige 95 g/km. Deze norm dwingt autofabrikanten om verder in te zetten op elektrificatie, zoals elektrische voertuigen (EV’s) en plug-in hybrides (PHEV’s).

Wat betekent dit voor bedrijven en organisaties?

Deze veranderingen maken elektrische mobiliteit steeds aantrekkelijker en toegankelijker.

Bestelwagens: efficiëntie en elektrificatie voor stadslogistiek

Voor lichte bedrijfsvoertuigen, zoals bestelwagens, geldt een CO₂-doelstelling van 123 g/km tegen 2025. Dit is een forse daling vergeleken met de huidige gemiddelde uitstoot van circa 174 g/km. Fabrikanten zetten daarom sterk in op elektrische bedrijfsvoertuigen.

Wat betekent dit voor bedrijven en organisaties?

Voor ondernemers is het nu een goed moment om te investeren in een toekomstbestendig wagenpark. Hierbij is het belangrijk om vooruit te plannen:

  1. Analyseer je rijprofiel: hoeveel kilometers rijd je dagelijks? Voor wie veel korte ritten maakt in stedelijke gebieden, is een elektrische bestelwagen een logische keuze.
  2. Maak gebruik van subsidies: informeer je over de beschikbare financiële ondersteuning bij de overstap naar emissievrije voertuigen.
  3. Overweeg een hybride vloot: als volledig elektrisch rijden nog niet haalbaar is, kan een mix van elektrische en conventionele bestelwagens een goede tussenoplossing zijn.
  4. Denk aan de lange termijn: de kostenbesparing op brandstof en onderhoud maakt een elektrische bestelwagen op termijn vaak goedkoper, ondanks de hogere aanschafprijs.

Bestelwagens zijn essentieel voor onze economie, en de overgang naar emissievrije modellen is onvermijdelijk. De strengere CO2-doelstellingen van 2025 betekenen een flinke uitdaging, maar ook een kans voor ondernemers om duurzamer en efficiënter te opereren.

Of je nu een zelfstandige koerier bent of een groot wagenpark beheert, het is duidelijk dat de toekomst elektrisch is – en dat je vandaag al kunt beginnen met de voorbereiding op deze verandering.

Vrachtwagens: duurzaamheid in het zwaar transport

De CO2-doelstelling voor zware vrachtwagens in 2025 is een 15% reductie ten opzichte van 2019. Deze reductie past binnen het stappenplan om tegen 2030 45% minder CO₂ uit te stoten dan in 2019 en toont de enorme uitdaging waar de sector voor staat, gezien deze vandaag nog bijna uitsluitend door diesel aangedreven wordt. Daarnaast moeten fabrikanten ervoor zorgen dat minstens 2% van hun nieuwe voertuigen emissievrij is. Dit stimuleert de introductie van elektrische en waterstofvrachtwagens en betekent ook dat verkopers van vrachtwagens moeten worden klaargestoomd om het elektrische ecosysteem van begin tot eind te kunnen doorvertalen naar de klant.

Wat betekent dit voor transportbedrijven?

Ondanks de hogere aanschafkosten bieden schonere, emissievrije vrachtwagens financiële voordelen door een aanzienlijke energiebesparing en belastingverlaging.

Conclusie: wegtransport in 2025

De CO2-doelstellingen voor personenwagens, bestelwagens en vrachtwagens markeren een cruciale stap naar een duurzamere transportsector. Consumenten en bedrijven staan voor nieuwe keuzes, maar profiteren op termijn van lagere kosten, betere technologieën en een schonere leefomgeving. Of het nu gaat om de overstap naar een elektrisch voertuig of het upgraden van een hele vloot, de toekomst is elektrisch, efficiënt en groen.

Wil je meer weten over subsidies, emissievrije voertuigen of laadoplossingen? Laat het ons weten!

België is een land van wagenparken. Bij zowel overheden, ngo’s als (transport)bedrijven vormen wagens een essentieel onderdeel van de werking van de organisatie.  The New Drive ontwikkelde een methodiek rond het verduurzamen van deze wagenparken gebaseerd op de “Trias Mobilica”.

Als we in België willen inzetten op groene voertuigen is het logisch dat we ons in eerste instantie richten op de wagenparken van bedrijven en overheden. Deze wagenparken worden namelijk relatief snel vernieuwd en ze zijn een belangrijke bron voor de tweedehands markt.

Tot enkele jaren terug waren er weinig andere opties dan steeds zuinigere (hybride) diesel- of benzinewagens te kiezen, om het wagenpark te vergroenen. Vandaag zijn er nieuwe technologieën die beter zijn voor het milieu en – afhankelijk van de situatie – beter voor de portemonnee: aardgas, elektrisch, plug-in hybrides en zelfs waterstof.

The New Drive gelooft sterk dat alle kaarten op tafel liggen om nog een stap verder te gaan dan enkel het vervangen van het huidige wagenpark door groenere wagens en heeft daar een eigen proces rond ontwikkeld gebaseerd op de “Trias Mobilica”.

Trias Mobilica

The New Drive hanteert de Trias Mobilica als kapstok voor de optimalisatiepistes voor de bedrijfsmobiliteit en –logistiek, analoog met de Trias Energetica.

Het energieverbruik en de CO2-uitstoot van bedrijfsmobiliteit- en logistiek worden namelijk zowel bepaald door de energiezuinigheid van de vervoersmiddelen als door de aandelen van de diverse vervoersmodi, de ingezette energiedragers én het gedrag.

Om de optimalisatie van het bedrijfsvervoer te maximaliseren zouden de volgende actiedomeinen gevolgd moeten worden:

Verminder

Voertuigkilometers vermijden of verminderen, bijvoorbeeld door een betere planning, het bundelen van mobiliteits- of logistieke stromen (bijv. car pooling) of het aanpassen van de timing van deze stromen (bijv. telewerken/spitsmijden).

Verander

Verander de manier van vervoeren door een alternatieve (multi-modale) modal split: door andere typen voertuigen. Dit kan ook door voertuigen anders in te zetten (bijv. poolwagens).

Verbeter

Verbeter de energie-efficiëntie van de voertuigen, door beter onderhoud van de voertuigen, zuinigere voertuigen, andere type brandstoffen, en aanpassing van het rijgedrag.

Trias Mobilica en change management

Vanuit de ervaringen met het veranderingsproces heeft The New Drive de volgorde waarin de drie actiedomeinen van de Trias Mobilica doorlopen worden, omgekeerd.

Er zal eerst bekeken worden in hoeverre de bestaande voertuigenvloot verbeterd, vergroend en geoptimaliseerd kan worden. Deze optimalisaties hebben namelijk de minste impact op de manier van werken en het “DNA” van het bedrijf, waardoor deze sneller toegepast kunnen worden en de resultaten snel meetbaar en zichtbaar worden.

Hierdoor ontstaat ook een intern draagvlak voor de volgende stappen die verregaander zijn, aangezien deze dikwijls ook een invloed op de operationele processen en HR-processen.

Deze manier van werken zorgt er voor dat:

Dit betekent concreet dat een optimalisatieproces start met een quick scan op het thema “3. Verbeter”, en dat in een vervolgfase de thema’s “2. Verander” en “1. Verminder”aangepakt worden.

Geïnteresseerden in dit proces kunnen verder contact opnemen met Sven Huysmans van The New Drive via sven.huysmans@thenewdrive.be of via het nummer +32 (0)484/11.17.03.

Voor Netwerkorganisaties